Quirine Viersen
Cello
Quirine Viersen kreeg haar eerste lessen van haar vader Yke Viersen, van 1971 tot 2014 cellist in het Koninklijk Concertgebouworkest. Aan het Conservatorium van Amsterdam kreeg ze les van Jean Decroos en later van Dmitry Ferschtman. Ze sloot haar opleiding af aan het Mozarteum Salzburg bij Heinrich Schiff. Quirine won vele prijzen tijdens internationale competities. In 1994 was zij de eerste Nederlandse laureaat in de Tsjaikovski Competitie. Samen met pianist Silke Avenhaus vormde ze in 1996 een duo en nam ze vijf cd’s op met romantische en hedendaagse muziek. Ook haar opnames van de solosuites van Bach en Britten werden met groot enthousiasme ontvangen. Ze werkte ook samen met onder andere Antje Weithaas, Thomas Beijer, Leonidas Kavakos en Liza Ferschtman en soleerde met grote orkesten in Nederland en daarbuiten, zoals het Koninklijk Concertgebouworkest en de Wiener Philharmoniker. Haar recital in het Concertgebouw Amsterdam in 2017 markeerde het succesvolle begin van de samenwerking met pianist Enrico Pace.
Vanaf de eerste Cello Biënnale in 2006 was ze er regelmatig als soliste te horen, onder andere in de concerten van Vieuxtemps en Korngold. Tijdens de Cello Biënnale 2018 speelde ze onder andere de wereldpremière van Glacier, een solowerk dat Jacob ter Veldhuis voor haar schreef.
Quirine bespeelt een cello van Joseph Guarnerius Fillius Andrea uit 1715, mogelijk gemaakt door het Nationaal Muziekinstrumenten Fonds.